Op 25 september 2010 vond het jaarlijkse afstudeerfeest van de Stichting voor Vluchteling-Studenten (UAF) plaats. Bij die gelegenheid hield Kamervoorzitter Gerdi Verbeet een toespraak (PDF, opent in een nieuw venster).
In haar toespraak ging Kamervoorzitter Verbeet in op mijn levensverhaal als teken van doorzettingsvermogen en optimisme.
Ieder jaar organiseert het UAF een afstudeerfeest. Op die dag worden de cliënten van het UAF die in het betreffende studiejaar zijn afgestudeerd in het zonnetje gezet. Ik was in september 2000 aan de beurt als cliënt van het UAF. In dat jaar studeerde ik af. Voor het afstudeerfeest van 2011 was Kamervoorzitter Gerdi Verbeet uitgenodigd om een toespraak te houden.
Verbeet hield toen een geweldige toespraak over optimisme, realisme, hoop, doorzettingsvermogen, trots en over het realiseren van dromen en ambities. In haar toespraak ging Gerdi Verbeet in op mijn levensverhaal als teken van doorzettingsvermogen en optimisme.
Op pagina 5 van haar toespraak zegt Gerdi Verbeet het volgende.
Tijdens de laatste verkiezingscampagne ontmoette ik een jonge man die zich verkiesbaar had gesteld voor de Tweede Kamer. Zijn naam is
Sander Terphuis – maar die oerhollandse naam paste niet erg bij zijn
uiterlijk. Zijn echte naam, hem gegeven door zijn ouders in een bergdorp in Iran, was voor Nederlanders niet uit te spreken en daarom had hij, met zijn Nederlanderschap, ook een Nederlandse naam gekozen.Sander groeide op in Iran, maar al heel jong verlangde hij naar een
vrijheid die zijn eigen land hem niet kon bieden. Hij wist wat hij wilde – en de weg erheen heeft hij met ongekende wilskracht uitgestippeld. Dag in dag uit trainde hij zijn lichaam in één van Iraans nationale sporten, het worstelen. Net zolang tot hij mee mocht naar een internationaal toernooi.Een paralympisch toernooi om precies te zijn, want Sander is vrijwel
blind. Met zijn ploeggenoten reisde hij naar Nederland. En bij de eerste gelegenheid ontsnapte hij uit het sportcomplex, stapte in een trein en vroeg in de volgende grote stad asiel aan. Twee jaar later haalde hij, dankzij steun van het UAF, zijn VWO-diploma. Nog vijf jaar later studeerde hij af in rechten en filosofie. Nu werkt hij als
staatsrechtdeskundige bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en
werkt aan een betere grondwet voor ons land.Zoveel inzet, zoveel doorzettingsvermogen – en zoals Sander zijn er in uw midden zovelen.