In de afgelopen dagen hebben velen in het land hun grieven geuit tegen een coalitie met de partij van Wilders. Zijn deze bezwaren eigenlijk gegrond? Het antwoord op deze vraag kan het beste gevonden worden aan de hand van het partijprogramma van de PVV en op basis van het handelen van deze partij in de praktijk. Zowel uit het programma van de PVV als uit de uitlatingen van de partijleider Wilders kan worden opgemaakt dat deze partij onderscheid maakt tussen bevolkingsgroepen in onze samenleving op basis van geloof, huidkleur en nationaliteit.
Zo wil de PVV de onderwijsvrijheid in Nederland handhaven, maar islamitische scholen moeten van deze partij dicht. Verder wil de PVV het dragen van hoofddoekjes verbieden. Ook de koran wordt, als het aan de PVV ligt, verboden. Daarnaast wil de PVV dat de Commissie Gelijke Behandeling wordt opgeheven. Deze commissie behandelt de klachten van burgers op het punt van discriminatie. Ook het financieren van re-integratietrajecten voor gehandicapten vindt deze partij zinloos en kostbaar; zo valt het te lezen in het programma van deze partij. Bovendien heeft de PVV in haar programma opgenomen dat het kiesrecht van de niet-genaturaliseerde allochtonen moet worden afgeschaft.
In artikel 1 van onze Grondwet is het gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod verankerd. Dit vormt een ankerpunt van onze rechtsstaat. Het is dan ook niet voor niets dat onze Grondwet begint met een bepaling over gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod. Als het aan de partij van Wilders ligt, wordt ook deze bepaling uit onze Grondwet geschrapt. Dit betekent dat de PVV wil dat discriminatie en uitsluiting van bepaalde bevolkingsgroepen wordt toegestaan. Dit blijkt ook uit de praktijk, waarbij Willders bij herhaling openlijk discriminerende en kwetsende uitlatingen heeft gedaan jegens buitenlanders in het algemeen en moslims in het bijzonder. De strafrechtelijke vervolging tegen Wilders vanwege zijn uitlatingen bevestigt dit. Als verdachte moet hij in oktober voorkomen voor de rechter.
Door bevolkingsgroepen te discrimineren, vervreemdt de PVV de burgers van elkaar en zaait op deze wijze angst en haat in de samenleving. Dit kan stigmatiserend werken voor grote groepen mensen en dat is schadelijk voor de gehele samenleving. Zowel onze Grondwet als mensenrechtenverdragen beschermen de burgers tegen de overheid bij de uitoefening van hun rechten en vrijheden. De meeste van deze verdragen zijn kort na de tweede wereldoorlog tot stand gekomen vanuit het besef dat mensen in vrijheid moeten kunnen leven zonder angst voor discriminatie en uitsluiting, bijvoorbeeld vanwege hun ras, huidskleur of hun geloof. Maar dat besef is kennelijk onvoldoende aanwezig bij Wilders en zijn partij.
Het verdient opmerking dat de vrijheid van godsdienst één van de oudste grondrechten is, die wij in onze Grondwet hebben. Als de PVV in haar programma opneemt dat de koran, islamitische scholen en het dragen van hoofddoekjes moeten worden verboden, dan getuigt dit niet van respect voor de vrijheid van keuze van burgers voor hun eigen geloof, schoolkeuze en voor de keuze van kleding. Hiermee diskwalificeert de PVV in feite de Nederlandse Grondwet en de internationale verdragen, waaraan Nederland gebonden is. Dit is wel opmerkelijk voor een partij, die zich (Partij voor de Vrijheid) noemt. In de praktijk eist deze partij de vrijheid van sommige burgers op. Als Iraanse vluchteling ben ik op mijn achttiende zonder familie naar Nederland gevlucht juist vanwege het sterke verlangen naar vrijheid. Ik heb gestreden voor vrijheid en ik zal het ook blijven doen. Ik heb echter moeite met de invulling die de PVV geeft aan de keuzevrijheid van burgers.
Een ander aspect uit het programma van de PVV, dat hier niet mag ontbreken is dat de PVV wil dat er een quotum wordt ingevoerd voor het toelaten van asielzoekers van maximaal 1.000 per jaar. Dit betekent in de praktijk dat we de asielzoekers het land uitzetten als het PVV-quotum is bereikt, en dat ongeacht de vraag of zij daadwerkelijk bescherming nodig hebben. Zoals vele andere maatregelen van de PVV is ook deze maatregel in de praktijk onuitvoerbaar, omdat deze in strijd is met nationale en internationale regels, waaraan de Nederlandse overheid zich moet houden. In het vorige programma van deze partij was overigens dit quotum gesteld op maximaal 5.000 per jaar. Deze verlaging van het quotum kan erop wijzen dat de PVV van plan is om in de toekomst de landsgrenzen dicht te gooien voor asielzoekers. En dat terwijl binnen de Europese Unie momenteel wordt gewerkt aan een gemeenschappelijk asielstelsel.
De ernst van de geuite bezwaren tegen een coalitie met PVV wordt nog beter zichtbaar als we zien hoe deze partij denkt over de positie van Nederland binnen internationaal verband. In het programma van de PVV staat dat buitenlands beleid uitsluitend in dienst moet staan van het Nederlands belang en dat de handhaving van de internationale rechtsorde moet worden geschrapt uit onze Grondwet. Verder wil deze partij dat de Nederlandse deelname aan internationale verdragen wordt herzien. Gezegd mag worden dat de partij van Wilders met deze maatregelen Nederland in een afgrond duwt.
Tot slot richt ik mij tot Mark Rutte die het voortouw heeft in de onderhandelingen voor de vorming van een coalitie. Op pagina 5 van het partijprogramma van de partij van Mark Rutte staat: “Liberalen kijken niet naar geloof, maar naar gedrag, niet naar iemands afkomst maar naar zijn toekomst, en niet naar de groep maar naar het individu.” De conclusie kan niet anders zijn dan dat programmatisch gezien grote verschillen bestaan tussen de partij van Wilders en de VVD; juist waar het gaat om fundamentele vraagstukken die raken aan de beginselen van onze rechtsstaat. Uiteraard moet de criminaliteit worden aangepakt en de veiligheid moet worden vergroot. Maar dan gaat het om de problemen aan zich en de oplossing daarvan. Het gaat dus niet om de vraag welke persoon, met welk geloof of huidskleur criminele activiteiten heeft verricht.
Mark Rutte zou als partijleider van liberalen in het belang van ons land duidelijk moeten uitspreken dat zijn partij de ideeën en standpunten van de PVV – waar het gaat om discriminatie en uitsluiting van burgers en om de aantasting van rechten en vrijheden van burgers – onverenigbaar vindt met de beginselen van zijn partij. En dat zijn partij de ideeën en standpunten van de PVV om die reden afwijst.
In artikel 90 van onze Grondwet staat dat de regering de ontwikkeling van internationale rechtsorde bevordert. Als het aan de PVV ligt, wordt ook deze bepaling uit de Grondwet geschrapt. Maar zolang deze bepaling in de Grondwet staat, is de vorming van een regering met de PVV in principe onmogelijk. Het is de vraag of Mark Rutte dit standpunt deelt.